De hoofdfunctie van de bovengrondse delen van de aardappelplant, waaronder naast het blad en de bloem ook de hoofd- en zijstengels vallen, is naast het in stand houden van het generatief apparaat, de bloem, het opvangen van zonlicht en de productie van drogestof in het chlorofyl van de chloroplasten die zich bevinden in de cellen in het blad.
De samengestelde bladeren zijn vastgehecht aan de stengel door het bladsteeltje, het basale deel van de hoofdnerf van het blad. Het onderste paar blaadjes zijn rudimentaire blaadjes, met hogerop paren primaire en secundaire blaadjes afgesloten door het primaire blaadje aan het uiteinde van de hoofdnerf (rachis). Wanneer de plant meerdere stengeldelen vormt, overschaduwen de bovenste de onderste waarvan de bladeren vergelen en afvallen. Deze bladval gaat sneller bij droogte, omdat de plant bezuinigt op het gebruik van water door middel van dit mechanisme. Op de epidermis van aardappelbladeren zitten twee soorten haar: onvertakte (uniseriate) bedekkende haren en klierharen. De laatste hebben een bolvormige kop die vluchtige verbindingen uitstoten. Sommige wilde aardappelsoorten zweten een kleverige substantie uit deze haren die insecten afstoot.
De aardappel heeft een samengesteld blad met een hoofdnerf en blaadjes. De meeste van de huidmondjes zitten aan de onderzijde van het blad en de meeste haren op het bovenoppervlak.
Cluster bloemen
Bij de aardappel zijn de bloemen in een cluster ofwel bloeiwijze geregeld: een groep bloemen die de bloemstengel of bloemsteel bijeenhoudt. De individuele bloemen zitten op de top van een steel, ook wel het pedicel genaamd. Een individuele bloem van een aardappelplant bestaat uit een kroon met vijf kelkbladen en uit een kelk met vijf bloemblaadjes. De vrouwelijke delen (stamper) omvatten het ovarium onder aan de stijl met de kleverige stuifmeel ontvangende stempel aan de bovenkant. De mannelijke bloemdelen, de meeldraden, bestaan uit een helmdraad waar bovenop de helmknop zit die het pollen (stuifmeel) aanmaakt.
De vijf groene kelkblaadjes van de bloemkroon bevatten vijf gekleurde bloembladen met het vrouwelijke vruchtbeginsel, stijl en stigma.
Meer lezen over de boven- en ondergrondse structuren van de aardappelplant?
Ons 600 pagina’s tellende Aardappelhandboek neemt u mee van het moleculaire niveau van de aardappel tot productiesystemen van zelfvoorzienende tot geavanceerde landbouw.